Partijen benoemen gezamenlijk een mediator. De mediator gaat met partijen op zoek naar de werkelijke belangen: de wensen, behoeften en zorgen van de betrokken partijen. Daarbij zal de mediator de emotionele en inhoudelijke kanten van de kwestie scheiden, om vervolgens op beide niveaus een optimale uitkomst te bereiken.
De mediator faciliteert de onderhandelingen en stimuleert de betrokkenen om tot een oplossing te komen die alle gevonden belangen dient. Bijvoorbeeld door in kaart te brengen wat er gebeurt als partijen er niet uit zouden komen (een realiteitstoets). Of door een oplossing te vergelijken met het beste alternatief als er geen overeenstemming tussen partijen bereikt wordt.
Tijdens een mediation kunnen ook zaken geëxploreerd worden die op zich buiten de kwestie die op tafel ligt spelen, maar die wel kunnen bijdragen aan het vinden van oplossingen. Bovendien kan een mediator separaat met partijen spreken in een zogenoemde caucus. Een mediator kan daardoor aan beide kanten van de onderhandelingstafel zitten en de werkelijke belangen en blocking issues van partijen bij de procedure betrekken. Ook kan de mediator met beide partijen in vertrouwen opties voor het vinden van oplossingen onderzoeken.